Zoals zoveel aandoeningen begint anarchisme met een hardnekkig hoestje. De naamloze kalende hoofdpersoon (Michel Picccoli) wordt wakker in het appartement dat hij deelt met zijn tienerzus en zijn moeder. Hij drinkt zijn koffie, kucht af en toe, begluurt de tietjes van zijn naakt slapende zusje, en gaat als de klok ‘koekoek’ zegt de deur uit. Hij wandelt door een naamloze stad, kucht — begluurt alle vrouwen die hij tegenkomt — wandelt naar zijn werk als buitenschilder bij een naamloos bed